Informatie

1. Puzzel driehoeken

Spel voor 2 personen (2 driehoeken)
Plaats de cijfers van 1 t/m 9 in het diagram, zodat de som van de cijfers langs de 3 zijden gelijk zijn aan 20
Wie het eerst aan alle 3 de zijden de som van 20 heeft gelegd is de winnaar.

2. Speel je veld vrij

Spel voor 2 personen
Maak je klaar om de ronde fiches af te vuren
Gebruik hiervoor het elastische koord
Wees snel en precies
Schiet alle fiches over het speelveld, zodat ze de overkant bereiken
Wie als eerst alle fiches naar de andere kant van het speelveld heeft gespeeld is de winnaar

3. Spinladder

Gooi op 2 meter afstand het houten blokje onderhands naar de ladder
Tel de punten op
Degene met de meeste punten wint

4. Blikwerpen

Gooi de blikken om
Ieder blik omver is een punt
Degene met de meeste punten wint
! Geef aan of het voor binnen of buiten is (verschillende soorten blikken)

5. Hoefijzer werpen

Voor binnen (houten hoefijzers) of buiten (echte hoefijzers)
Ligt het geworpen hoefijzer dezelfde kant op als het hoefijzer op de plaat, dan scoor je punten

6. Ringwerpen horizontaal

Werp de ringen om de figuren heen
Tel de punten op
Degene met de meeste punten is de winnaar

7. Ballen gooien

Probeer 6 ballen in de gaten te werpen
Tel de punten op
Degene met de meeste punten wint

8. Ballendoolhof

Laat de ballen om beurten in een gat aan de bovenkant vallen
In elk vakje onderaan staan punten
Tel de punten op waar de ballen terecht zijn gekomen
Degene met de meeste punten wint

9. Stokken vangspel

Eén persoon staat achter het doek en trekt om beurten aan de touwtjes
Hierdoor valt er steeds een stok
Deze stokken moet je proberen te vangen
Voor de eerste stok die je vangt ontvang je 10 punten
voor de volgende stokken ontvang je per stok 1 punt

10. Muizenspel

Met beide handvaten beweeg je de muis waarin een balletje ligt.
Probeer zo hoog mogelijk te komen.
Is de bal in het blauwe gedeelte terecht gekomen = 1 punt, in het rode gedeelte = 2 punten in het gemarkeerde gat = 5 punten
Per persoon 2 pogingen, hoogste score telt.

11. Toltafel

Tol jij alle pilaren om in 3 beurten?
Gouden pilaar 1 punt
Oranje pilaar 5 punten
Zwarte pilaar 10 punten.

12. Behendigheidsspel

4 personen
4 ballen in de middelste 4 gaten proberen te krijgen.

13. Trekbiljart

Leg de bal achter in het trekbiljart op beide stokken
Probeer beide stokken naar buiten te bewegen zodat de bal naar je toe komt
Wanneer de bal in een gat valt krijg de punten die vermeld staan bij het gat
Valt de bal naast het gat, dan geen punten
Speel drie keer en tel de punten op

14. Wiebeltafel

1 persoon
5 blokjes links in de standaard en 5 blokjes rechts in de standaard
Ga op de wiebelbak staan
Pak steeds één blokje en zet het rechtop op de tafel, beurtelings links en rechts
Je mag maar één hand tegelijk gebruiken
Als er een blokje omvalt is het spel afgelopen
Het laatste opgezette blokje telt niet meer mee
Voor de andere opgezette blokjes krijg je een punt per blokje

15. Bibberspel

Probeer met de ring de spiraal niet te raken
Toch geraakt (de bel gaat), terug naar het vorige vlakje
Op de vlakjes mag je even rust houden
Wie het als snelst heeft gedaan wint

16. Molkky

Gooi drie keer met het stokje
Tel het aantal punten op
Kegels pas na drie worpen terugzetten

In onderhoud

17. Tangram

Wie legt er in de snelste tijd een vierkant van de aanwezige stukken?
Het tangram bestaat uit 7 stukken

18. Kat en Muis

Iemand legt de bal bovenin de koker
Iedere speler krijgt 5 kansen om de bal te vangen met het bekertje
De bal moet voor de witte streep gevangen worden

19. Knikkerspel

Iedere speler mag 10 knikkers afschieten
Leg de knikker in de koker en trek aan de knop
Alleen de knikkers in de vakjes tellen mee voor de punten

20. Basket biljart

Probeer in met behulp van de biljartkeu de ballen in de basket te krijgen.
Iedere bal in het netje is een punt

21. Sjoelbak

Probeer alle schijven in de openingen aan de achterkant te schuiven
Elke schijf in het vakje 1 telt voor één punt
Elke schijf in het vakje 2 telt voor twee punten
Elke schijf in het vakje 3 telt voor drie punten
Elke schijf in het vakje 4 telt voor vier punten
De speler met de meeste punten wint

22. Hindernis biljart (Schroef het zwarte deksel open en haal de balletjes eruit)

Probeer met de keu alle balletjes in een vak te krijgen.
1 poging per bal
Tel de punten uit de vakken op.

23. Deksels draaien

Probeer zo snel mogelijk de deksels op de juiste potjes te doen
Zet de stopwatch op stop
Druk rechts op de stopwatch op de start/stopknop om te starten
Als alle deksels op de potjes zitten (let op, ze moeten goed passen), dan druk je weer op de start/stopknop
Wie het het snelst heeft gedaan wint

24. Boter Kaas en Eieren (x2)

Voor 2 personen
De ene speler speelt met de rondjes de ander met de kruisjes
Leg om beurten een eigen schijf in een vakje
Probeer drie van je eigen schijven op een rij te krijgen
Wie als eerst drie op een rij heeft wint

25. Figuren puzzel

Als je de 6 delen op de juiste wijze stapelt, heb je aan alle kanten de juiste figuren
Lijkt misschien heel makkelijk, maar is het niet!

26. Ringwerpen verticaal

Ga op twee meter afstand staan
Iedere speler krijgt twee pogingen
Werp alle ringen om de stokjes op het bord
Elke raak gegooide ring is één punt

27. Mini Muizenspel 1 tegen 1

Tafel model
Voor 2 personen
Probeer zo snel mogelijk de knikker naar boven te brengen door aan de touwtjes te trekken
Als de knikker door één van de gaten valt, dan moet je opnieuw beginnen

28. Mijnenveger

Spelleider legt de 28 tegels neer
- In rijen van 4 tegels breed, op de grond met de grijze zijde naar boven.
- De tegels met aan de onderkant een rood of blauw kruis legt hij/zij zo neer dat er altijd een weg vrij is door horizontale en verticale stappen te zetten om de overkant van het speelveld te kunnen bereiken.
Wordt er door verschillende groepen gespeeld:
- iedere speler krijgt om de beurt 1 kans. Stuit hij/zij op een kruis, dan worden alle tegels terug omgedraaid en is de volgende speler aan de beurt
- Alle beurten worden opgeteld. De groep dat het minst aantal beurten nodig had is de winnaar.
Wordt er individueel gespeeld:
- Iedere keer als hij/zij op een kruis stuit moeten alle tegels terug omgedraaid worden en begint hij/zij opnieuw.
- Alle beurten worden opgeteld. Wie de minst aantal beurten nodig had is de winnaar.